Regenwormen
Soorten: strooiseleters in 146, grondeters in 165, pendelaars in 113 en compostwormen in 57 tuinen herkend.
Soorten: strooiseleters in 146, grondeters in 165, pendelaars in 113 en compostwormen in 57 tuinen herkend.
Soorten: rode wegslakken in 115, lichte aardslakken in 30, tijgerslakken in 31 en akkerslakken in 85 tuinen herkend.
Soorten: gewone tuinslakken in 131, segrijnslakken in 129, Clausilia in 21 en boerenknoopje in 101 tuinen herkend.
Let op gele of bruinoranje achtergrondkleur en donkerbruine banden, bolle vorm
Soorten: wolfspinnen in 93, herfststrooiselspinnen in 48, gewone hooiwagens in 111 en aardhooiwagens in 36 tuinen herkend.
Let op het relatief grote achterlijf zonder opvallende strepen, vaak fluwelig behaard
Soorten: oprolpissebedden in 137, ruwe pissebedden in 170, mospissebedden in 97 en kelderpissebedden in 122 tuinen herkend.
Soorten: oprolmiljoenpoten in 11, slangenmiljoenpoten in 157, kleine tweestrepen in 54 en platrugmiljoenpoten in 23 tuinen herkend.
Kan lichaam tot bolletje oprollen (en anders dan bij de oprolpissebed: 4 poten per segment van het lichaam)
Soorten: glansloopkevers in 96, kortschildkevers in 56 en grote glimwormen in 4 tuinen herkend.
Soorten: wegmieren in 127, schubmieren in 29 en knoopmieren in 21 tuinen herkend.
Over de akker valt ook dit jaar niet veel te zeggen, omdat het aantal waarnemingen zo klein is. Het kansencijfer is dit jaar erg hoog. In de praktijk zitten er grote verschillen in de daadwerkelijk gescoorde dieren. Maar pak de kansen voor het bodemleven dus waar het kan, door bodemvriendelijk beheer.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
Bijzonder genoeg scoren ditmaal de duizendpoten het hoogst op de (paar) balkons. We zagen dit jaar sowieso duizendpoten meer dan gemiddeld over de hele linie. Daarnaast weten de spinnen en pissebedden de balkons meestal wel te vinden: zij zijn elk jaar wel in de Top 3 aanwezig. Na de opleving van de mieren in het natte 2024, zijn ze dit jaar niet gevonden. Ook de huisjes- en naaktslakken hadden het dit jaar moeilijk op de balkons. Hoe dan ook: balkons kunnen zeker een bijdrage leveren aan het bodemleven in de stad, met wat potten en bakken vol bodem en planten.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
Wat minder bossen dit jaar tussen de waarnemingen. En de gevonden bodemdieren geven ook een ander beeld. De spinnen en pissebedden zijn dominant. De mieren zijn de opvallende dalers, naast de naaktslakken die het vrijwel overal minder deden. Het kansencijfer blijft hoog. In het bos is de kans groot dat je veel verschillende bodemdieren vindt.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
De bestrate tuinen scoren minder goed dan in het natte 2024. Droogte en warmte in de zomer kan er voor hittestress zorgen. Daardoor zijn er minder bodemdieren van de Tiny Ten gevonden. Vooral de naaktslakken zijn zwaar gekelderd. Maar er is ook een uitzondering: de miljoenpoten deden het opvallend goed! Waarschijnlijk zijn ze veel onder bloempotten en zo gevonden, waar ze niet uitdrogen en zich goed kunnen verschuilen. Dit jaar waren de miljoenpoten ook in de totaalscore van de Bodemdierendagen in opmars.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
Regenwormen, pissebedden en spinnen: de bodemdieren Top 3 in graslanden lijkt sterk op het totaalplaatje. Alleen de mieren springen erbij hier. Het beheer van grasland kan sterk verschillen. Dat zie je terug in het bodemleven. Met veel inheemse plantensoorten en een gezond bodembeheer liggen hier veel kansen.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
Daken zijn niet de eerste plek waar je naar bodemdieren gaat zoeken. Maar als je zoekt, kun je toch het nodige vinden. Zeker als het een groen dak is dat er al wat langer ligt. Het kansencijfer is dit jaar met een 8,1 nogal hoog. Dat weerspiegelt dat er dit jaar wel negen van de tien bodemdierengroepen zijn gevonden. Alleen de mol ontbreekt – logisch.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
De hoogst-scorende tuinen zijn vooral de groene tuinen. Het kansencijfer is met een 9,4 zelfs hoger dan de afgelopen paar jaar. Omdat er behoorlijk wat groene tuinen onderzocht zijn, geeft dit een goede indruk: een stabiele plek waar het goed toeven is voor bodemdieren. Juist ook in een jaar met de nodige droogte. Ondanks dat konden de winnende pissebedden in bijna elke groene tuin voldoende vochtige plekken vinden.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
De landelijke trends van 2025 zie je in de halfgroene tuinen duidelijk naar voren komen. Er zijn namelijk minder dan gemiddeld naaktslakken gevonden en meer dan gemiddeld miljoenpoten. Met ongeveer de helft van het tuinoppervlak verhard, liggen de kansen hier wat lager dan in echt groene tuinen. Maar er valt best veel te halen voor veel bodemdieren.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
Natuurlijk zijn de regenwormen weer in elke deelnemende moestuin gevonden. Deze bodemdieren zijn onmisbaar (en niet te missen bij het tuinieren) in dit tuintype. Maar ook de andere groepen zijn belangrijk voor een gezonde bodem, en rijk vertegenwoordigd dit jaar. De mieren misschien wat minder, maar de duizend- en miljoenpoten juist meer nu.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
Voor het eerst zijn de parken en plantsoenen het vaakst onderzochte tuintype! Bijna 600 mensen gingen hier op zoek naar bodemleven. Ze werden daarbij beloond met veel diversiteit. Het kansencijfer ligt lager dan vorig jaar, maar geeft met een 9,1 nog steeds aan dat hier veel kan. Met ‘bodemdiervriendelijk’ beheer bereik je meer. Denk aan afgevallen herfstbladeren laten liggen waar het kan en alleen als het echt moet graven in de bodem.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
De paar plantenbakken tussen de waarnemingen vertonen veel variatie. Het is niet overal rozengeur en maneschijn. Duizendpoten maar ook pissebedden deden het minder ditmaal. Maar net als vorig jaar zien we dat miljoenpoten zich hier juist opvallend vaak vertonen, net als regenwormen. Normaal zie je die vooral in de veel groenere tuintypen. De verklaring is waarschijnlijk dat ze hier het beste kunnen aarden, omdat de omgeving verder bestraat is en er regelmatig water gegeven wordt aan de planten in de plantenbak.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
Ook dit jaar gingen er weer waarnemers aan de slag voor de Bodemdierendagen op een mooi aantal schoolpleinen. Bij de pleinen die een officiële waarneming hebben ingeleverd tekent zich weer het stabiele beeld van eerdere jaren af. Er is daar genoeg groen en bodem te vinden voor een brede groep bodemdieren. Het leven onder onze voeten komt trouwens ook in andere delen van het jaar terug op school, bijvoorbeeld bij buitenlessen in het voorjaar. Superbelangrijk!
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
De Tiny Forests zakken wat weg in 2025. Waar ze eerder evengoed scoorden als groene tuinen, of zelfs beter, zakt het kansencijfer dit jaar onder de 9. De scores wisselden altijd al tussen de individuele mini-stadsbossen, en tussen net nieuwe en iets oudere. Opvallend is dat de Top 3-dieren dit jaar niet (alleen) de gedoodverfde regenworm, pissebed en spin zijn.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
Veel voedselbossen dit jaar! Ze laten een fijn beeld zien met veel diversiteit van alle Tiny Ten-bodemdieren. Er zit veel leven in de bodem daar, en zeker de oudere voedselbossen zijn mooi ontwikkeld. Eigenlijk zitten dit jaar vrijwel alle bodemdiergroepen in de lift. Samen is al dit bodemleven onmisbaar voor een gezonde en vruchtbare bodem onder het voedsel(bos).
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
De 11e editie van de Bodemdierendagen leert ons weer meer over de bodemdieren en hoe het met ze gaat in onze steden en dorpen. De Top 3 in de tuinen blijkt precies dezelfde als vorig jaar, met de regenwormen die als winnaars aan het langste eind trekken, op de voet gevolgd door de pissebedden en spinachtigen. Zij werden in de meeste tuinen gezien. Ook de duizend- en miljoenpoten doen het goed. Opvallende dalers zijn de huisjesslakken maar vooral de naaktslakken, die slechts op de 7e plek eindigen: dat is niet eerder voorgekomen. In net iets meer dan de helft van de tuinen hebben de burgerwetenschappers ze gevonden, terwijl dat in 2024 nog in 81% van de tuinen was. Ja, vorig jaar waren er heel veel... Hoewel er dit jaar gemiddeld wat minder bodemdieren per tuin gevonden werden (38), blijkt er nog steeds veel moois te kunnen leven met de juiste aandacht voor de levende bodem.
Het kansencijfer berekenen we door alle gevonden bodemdieren in 'tuinen' van een bepaald type op te tellen, en daar de totale biodiversiteit van te scoren. Dat geeft de waarde aan die zulke plekken kunnen hebben, dankzij aandacht en goed beheer. Individuele tuinen scoren wisselend, dus dit kansencijfer kun je als streefscore zien.
